Statushouders vinden in Nederland sneller een baan | Economie

Asielzoekers met een verblijfsvergunning, zogeheten statushouders, vonden de afgelopen jaren sneller een baan dan voorheen. Dat blijkt uit cijfers van statistiekbureau CBS. Van degenen die in 2019 een verblijfsvergunning kregen, had 20 procent na 2,5 jaar een baan. Bij de asielzoekers die in 2014 een vergunning hebben gekregen, bleef dat steken op 11 procent.
Het CBS onderzocht vijf nationaliteiten: Syriërs, Irakezen, Iraniërs, Afghanen en Eritreeërs. Van hen vond de laatstgenoemde groep het vaakst een baan. Na 7,5 jaar heeft ruim 60 procent van de Eritreeërs betaald werk. Dat percentage is het laagst bij statushouders van Iraakse komaf. Van hen heeft een op de drie na 7,5 jaar werk.
Wie een verblijfsvergunning heeft gekregen, begint veelal in een tijdelijke baan tegen een laag uurloon. Voor een meerderheid is de uitkering de belangrijkste bron van inkomsten in de eerste paar jaar.
Na verloop van tijd wordt het dienstverband vaak omgezet naar een vast contract met een hoger loon en meer uren. Daardoor stijgt het aantal statushouders voor wie hun baan de belangrijkste inkomstenbron is. Van degenen die in 2014 hun vergunning kregen, was dat na 7,5 jaar ongeveer 30 procent.
Krijg meldingen bij goed nieuws
215.000 nieuwe statushouders in acht jaar
Tussen 2014 en medio vorig jaar zijn er bij het Centraal Orgaan Asielzoekers (COA) 285.000 asielaanvragen binnengekomen. Daarvan zijn 215.000 aanvragen goedgekeurd. Meer dan de helft komt uit Syrië, gevolgd door Eritrea.
In de eerste helft van vorig jaar kregen bijna twintigduizend asielzoekers een verblijfsvergunning. Dat was een groter aantal dan in de eerste helft van de vier voorgaande jaren. Het is zelfs groter dan de jaartotalen van 2018, 2019 en 2020.
We zijn benieuwd naar je mening over dit artikel. Klik hier om je feedback achter te laten in een korte vragenlijst van een minuut.

Ik ben van de technische afdeling van hitmarketing.nl